De Harlekijn
I. Het rustige geluk van oudjes en Zusters wordt verstoord door een nukkige onhebbelijke kostganger: Carlo; een oude foorkramer. Tegen de avond komt een nieuw type inwonen; voor Zuster Agnes worden het pijnlijke herinneringen.
2. De nieuwe kostganger is blijkbaar een oude kennis van Carlo, bij een eerste ontmoeting stijgt de spanning, Pierre gaf hem echter zijn woord en houdt zich ook aan deze belofte. Dat Zuster Agnes zo nauw betrokken ligt bij hun zaak is voor Carlo een zeer onaangename verrassing.
3. De onhebbelijkheid met zichzelf en de anderen wordt ondraaglijk, en de spanning gaat crescendo tot op een fataal feit, waarbij Zuster Agnes geheel het droevige verleden van haar ouders, haar diep christelijke ouders, onthuld wordt. Het vergeven kan zwaar zijn, doch met een evangelische beleving wordt een zware plicht veel schoner en lichter.